1Daarna versloeg David de Filistijnen. Hij onderwierp ze, en ontnam hun Gat met onderhorige steden.stylus1 Kronieken 18:1, 1 Kronieken 18:17, 1 Kronieken 18:1, 1 Kronieken 18:17, 2 Samuël 7:92Ook de Moabieten versloeg hij. Hij legde ze plat op de grond, en nam met een snoer hun aantal op; twee derde van de snoerlengte was ten dode gedoemd, een volle derde mocht blijven leven. Zo werden de Moabieten aan David schatplichtig.stylusNumeri 24:17, Numeri 24:17, Psalmen 60:8, 2 Samuël 8:6, 1 Samuël 10:273Vervolgens versloeg David Hadadézer, den zoon van Rechob en koning van Soba, juist toen deze op weg was, zijn zegeteken aan de Rivier op te richten.stylus1 Samuël 14:47, 1 Samuël 14:47, 2 Samuël 10:16, 2 Samuël 10:19, 2 Samuël 10:164David nam zeventienhonderd van zijn ruiters en tienduizend man van zijn voetvolk gevangen, en van alle paarden, op honderd na, sneed hij de pezen door.stylusJozua 11:6, Jozua 11:9, Jozua 11:6, Jozua 11:9, 1 Koningen 10:265En daar de Arameën van Damascus Hadadézer, den koning van Soba, te hulp waren gekomen, doodde David van de Arameën twee en twintigduizend man.stylus1 Koningen 11:23, 1 Koningen 11:25, 1 Koningen 11:23, 1 Koningen 11:25, Jesaja 8:96Hij stelde in Aram van Damascus stadhouders aan, en het werd aan David schatplichtig. Zo werd David op al zijn tochten door Jahweh geholpen.stylus2 Samuël 8:14, 2 Samuël 8:14, Psalmen 140:7, Psalmen 144:1, Psalmen 144:27De gouden schilden, die Hadadézers soldaten droegen, maakte David buit en bracht ze naar Jerusalem,stylus2 Kronieken 9:15, 2 Kronieken 9:16, 1 Koningen 10:16, 1 Koningen 10:17, 1 Kronieken 18:78terwijl hij uit Bétach en Berotai, twee steden van Hadadézer, een zeer grote hoeveelheid koper meenam.stylus1 Kronieken 18:8, 1 Kronieken 18:8, 1 Kronieken 22:16, 1 Kronieken 22:14, 2 Kronieken 4:19Toen Tói, de koning van Chamat, vernam, dat David de gehele legermacht van Hadadézer had verslagen,stylus1 Koningen 8:65, 1 Koningen 8:65, Amos 6:2, 1 Kronieken 18:9, 2 Kronieken 8:410zond hij zijn zoon Joram naar koning David, om hem te groeten en geluk te wensen met zijn overwinning op Hadadézer. Hadadézer was namelijk een tegenstander van Tói. Joram bracht zilveren, gouden en koperen voorwerpen mede,stylus1 Samuël 13:10, Psalmen 129:8, 1 Kronieken 18:10, 1 Samuël 13:10, Psalmen 129:811en ook deze wijdde koning David aan Jahweh, zoals hij gedaan had met het zilver en goud van alle door hem onderworpen volken,stylus1 Koningen 7:51, 1 Koningen 7:51, 1 Kronieken 22:14, 1 Kronieken 22:16, 1 Kronieken 29:212(van Edom, Moab, de Ammonieten, de Filistijnen en Amalekieten), en met de buit, op Hadadézer behaald, den zoon van Rechob en koning van Soba.stylus2 Samuël 10:14, 2 Samuël 10:14, 1 Kronieken 18:11, 2 Samuël 8:2, 1 Kronieken 18:1113Verder heeft David zich beroemd gemaakt, door, bij zijn terugkeer van de overwinning op Aram, in de Zoutvallei achttienduizend Edomieten te verslaan.stylus2 Koningen 14:7, 2 Koningen 14:7, 2 Samuël 7:9, 2 Samuël 7:9, 1 Kronieken 18:1214Hij stelde in heel Edom stadhouders aan, zodat heel Edom aan David bleef. Zo werd David op al zijn tochten door Jahweh geholpen.stylusGenesis 27:29, Genesis 27:29, Numeri 24:17, Numeri 24:18, Genesis 27:3715David regeerde dus over geheel Israël, en handelde met heel zijn volk naar wet en recht.stylusAmos 5:15, Amos 5:15, Psalmen 89:14, Psalmen 89:14, Psalmen 72:216Joab, de zoon van Seroeja, stond over het leger; Jehosjafat, de zoon van Achiloed, was kanselier;stylus1 Koningen 4:3, 1 Koningen 4:3, 1 Kronieken 11:6, 1 Kronieken 11:6, 2 Samuël 19:1317Sadok, de zoon van Achitoeb, en Ebjatar, de zoon van Achimélek, waren priesters; Seraja was schrijver;stylus1 Kronieken 18:16, 1 Kronieken 6:8, 1 Kronieken 18:16, 1 Kronieken 6:8, 1 Kronieken 24:318Benajáhoe, de zoon van Jehojada, ging over de Kretenzen en Peletiërs; de zonen van David waren priesters.stylus1 Samuël 30:14, 1 Samuël 30:14, 2 Samuël 15:18, 2 Samuël 20:23, 1 Kronieken 18:17