1Voor muziekbegeleiding; voor Jedoetoen. Een psalm van Asaf.stylus2Luide roep ik tot Jahweh; Luide tot God, opdat Hij mij hore!stylus3Overdag zoek ik in mijn benauwdheid den Heer, ‘s Nachts strekken mijn handen zich uit, onvermoeid.stylus4Mijn ziel weigert troost: denk ik aan God, ik moet kreunen; Peins ik na, mijn geest is verslagen.stylus5Ik kan mijn ogen niet sluiten, En van onrust niet spreken.stylus6Ik denk aan de oude dagen terug, En herinner me weer de vroegere jaren;stylus7Ik lig er ‘s nachts over te peinzen, Te klagen, en in mijn gedachten te tobben.stylus8Zou de Heer dan voor altijd verstoten, En nooit genadig meer zijn;stylus9Zou zijn liefde voorgoed zijn verdwenen, Zijn belofte verbroken, die Hij deed van geslacht tot geslacht;stylus10Zou God zijn vergeten, Zich te ontfermen, Of in zijn toorn zijn hart hebben gesloten?stylus11Maar ik sprak: Neen, dìt werp ik ver van mij af, Dat de hand van den Allerhoogste veranderd zou zijn!stylus12Ik dacht dus aan uw daden, o Jahweh, Dacht terug aan uw vroegere wonderen;stylus13Peinsde over al uw werken, Overwoog, wat door U is verricht.stylus14Ja, uw weg was heilig, o God; Welke God was ontzaglijk als Jahweh!stylus15Gij waart de God, die wonderen wrochtte, En uw macht aan de heidenen toonde!stylus16Gij hebt door uw arm uw volk verlost, De zonen van Jakob en Josef!stylus17De wateren zagen U, o God, De wateren zagen U en beefden, Zelfs de zeeën begonnen te rillen;stylus18De wolken goten stromen neer, Het zwerk daverde en dreunde, Langs alle kant vlogen uw schichten rond.stylus19Uw donder kraakte en rolde, Uw bliksems verlichtten de wereld, De aarde rilde en beefde!stylus20Uw weg liep midden door de zee, Uw pad door onstuimige wateren; Toch bleven uw sporen onzichtbaar!stylus21Zo hebt Gij uw volk als schapen geleid, Door de hand van Moses en Aäron!stylus