15Want alle goden der heidenen houden zij voor god, Ofschoon die hun ogen niet kunnen gebruiken, om te zien, Hun neus niet, om lucht in te ademen, Hun oren niet, om te horen, De vingers van hun handen niet, om te tasten, En wier voeten niet in staat zijn, om te gaan.
Klaagliederen 15 - Canisius 1939 | Sacrilo