3
Als de wolken vol zijn, Storten zij regen op aarde; En als een boom valt, naar het zuiden of noorden, Blijft hij liggen op de plaats, waar hij valt.
compare_arrows
Vergelijk Vertalingen
En Zijn rieken zal zijn in de vreze des Heeren; en Hij zal naar het gezicht Zijner ogen niet richten; Hij zal ook naar het gehoor Zijner oren niet bestraffen.