1
Toen Bileam zag, dat het goed was in de ogen des Heeren, dat hij Israël zegende, zo ging hij ditmaal niet heen, gelijk meermalen, tot de toverijen; maar hij stelde zijn aangezicht naar de woestijn.
compare_arrows
Vergelijk Vertalingen
Toen Bileam zag, dat het goed was in de ogen des Heeren, dat hij Israël zegende, zo ging hij ditmaal niet heen, gelijk meermalen, tot de toverijen; maar hij stelde zijn aangezicht naar de woestijn.