19
En toen de tijd was gekomen van zijn ontslapen, Riep hij Jahweh en zijn gezalfde tot zijn getuige: “Van wien heb ik geschenken, een schoen slechts genomen?” En niemand was er, die er antwoord op gaf.
compare_arrows
Vergelijk Vertalingen
En toen de tijd was gekomen van zijn ontslapen, Riep hij Jahweh en zijn gezalfde tot zijn getuige: “Van wien heb ik geschenken, een schoen slechts genomen?” En niemand was er, die er antwoord op gaf.