12
En zo gij onbetrouwbaar zijt in het goed van een ander, wie zal u geven, wat u toekomt.
compare_arrows
Vergelijk Vertalingen
En zo gij onbetrouwbaar zijt in het goed van een ander, wie zal u geven, wat u toekomt.
En zo gij onbetrouwbaar zijt in het goed van een ander, wie zal u geven, wat u toekomt.