11
Toen deden de kinderen Israëls, dat kwaad was in de ogen des Heeren, en zij dienden de Baäls.
compare_arrows
Vergelijk Vertalingen
Toen deden de kinderen Israëls, dat kwaad was in de ogen des Heeren, en zij dienden de Baäls.
Toen deden de kinderen Israëls, dat kwaad was in de ogen des Heeren, en zij dienden de Baäls.