DutSVVA
2

En hij zeide bij zichzelf: Ik heb om de dood gebeden, waarom roep ik dan Tobias mijn zoon niet, opdat ik het hem te kennen geve, eer ik sterf? En hem geroepen hebbende, zeide hij:

Advertentie
Mattheüs 4:2 - Statenvertaling (Apocriefe) | Sacrilo