11
Ik gaf u een koning in Mijn toorn en nam hem weg in Mijn verbolgenheid.
compare_arrows
Vergelijk Vertalingen
Ik gaf u een koning in Mijn toorn en nam hem weg in Mijn verbolgenheid.
Ik gaf u een koning in Mijn toorn en nam hem weg in Mijn verbolgenheid.